HIGHLIGHTS

In een snel veranderende
industrie bewandelt elk modebedrijf zijn eigen pad met betrekking tot
transparantie. Transparantie is momenteel, net als duurzaamheid, een
belangrijk buzzword in de mode-industrie. Hoewel de meeste merken
en retailers het erover eens zijn dat het belangrijk is om transparant te
zijn, vragen velen zich af hoeveel de consumenten echt moet weten – of wil
weten. Dat is precies waarom transparantie het belangrijkste
gespreksonderwerp was bij Kingpins Transformers in Amsterdam. Prominente
leiders en fabrikanten uit de denimindustrie kwamen samen om van gedachten
te wisselen over transparantie en traceerbaarheid en te vertellen wat de
beste uitvoering daarvan voor hen betekent.

Tijdens de eendaagse
conferentie, die plaatsvond in het Westergastheater in Amsterdam, werd
onderzocht hoe merken, fabrikanten, denim weverijen en chemische
producenten transparantie definiëren en leveren, welke informatie moet
worden gedeeld (en welke informatie niet mag worden gedeeld) en wat de
beste mediums voor het communiceren van transparantie naar de consument
zijn. Ook de aanwezigen werd gevraagd wat zij denken dat de consument wil
weten van denimfabrikanten, en of zij het transparantie bij het winkelen
een prioriteit vinden of niet. FashionUnited woonde de conferentie bij en
deelt enkele belangrijke punten.

“Waar duurzaamheid gaat, volgt transparantie”

“Het spanningsveld
tussen het recht om te vragen, het recht om te weten en de noodzaak om te
weten, daar wil ik me op concentreren. Ik vind dat heel interessant.
Transparantie is niet iets dat je moet doen om een gemaakte fout te
verdoezelen, en het is ook geen marketinginstrument,” benadrukte Alberto de
Conti, hoofd van de modedivisie bij Rudolf Group, een chemische producent.
“Chemische bedrijven hebben de verantwoordelijkheid de veiligheid en het
welzijn van burgers en werknemers te waarborgen. Bedrijven wordt gevraagd
bewust en transparant te zijn. Er zijn verschillende manieren om
transparant te zijn: groenere chemicaliën, het delen van informatie via een
dataplatform en volledige openbaarheid. “

Hoewel sommigen denken dat
volledige transparantie de beste manier is verder te gaan, vervolgt De
Conti, is dat in sommige gevallen niet zo, stelt hij. “Wat is volledige
openbaarheid. In onze branche is er geen definitie van wat dat betekent –
tenminste, daar is niet iedereen het over eens. Er zijn verschillende
definities en benaderingen – die allemaal geldig zijn. Maar er is geen
enkele autoriteit eindverantwoordelijke, de laatste referentie die iedereen
erkent. Wanneer het specifiek gaat om nieuwe soorten chemicaliën, dan is
volledige openbaarmaking niet logisch.” Hij benadrukt dat volledige
openbaarmaking vrij nutteloos is als het gaat om nieuwe soorten modules of
chemische componenten, aangezien het bedrijven die miljoenen dollars hebben
uitgegeven aan de ontwikkeling van nieuwe producten, dwingt hun
intellectuele eigendom te delen en daardoor nieuwe innovaties worden
gehinderd, en mogelijk zelfs vertragen.

“Volledige openbaarmaking zou een rem kunnen zijn op innovatie”, suggereert
De Conti. Een denimindustrie die garandeert dat alles op een veilige en
eerlijke manier is gemaakt, en ‘redelijk transparant’ is voor zowel
producenten als consumenten, is het optimale ideaal, concludeert De Conti,
waarin hij zijn steun uitspreekt voor initiatieven zoals de ZDHC*
‘Gateway’-module, de eerste verenigbaar platform voor
ZDHC-gegevensuitwisseling dat chemische formuleringsbedrijven de
mogelijkheid biedt op veilige wijze chemische informatie te delen in
overeenstemming met de ZDHC-normen en -hulpmiddelen. Hoewel hij hoopt dat
alle merken van de industrie hun eigen weg vinden en informatie beginnen te
delen, weten De Conti en de andere experts dat er nog veel werk aan de
winkel is in de denimindustrie.

Gerelateerd uit het archief: De EU gaat chemicaliën in het productieproces verbieden