Dankzij grote vraag in Frankrijk boekte SMCP, de Franse modegroep achter de merken Sandro, Maje en Claudie Pierlot, in het eerste halfjaar van het lopende boekjaar een vergelijkbare omzetgroei van 9,3 procent.

De omzet steeg wereldwijd met 19,2 procent naar 377,2 miljoen euro. In de Franse thuismarkt steeg de omzet met 12 procent. Daniel Lalonde, sinds 2014 CEO van SMCP, zei in een interview met Reuters dat de groep steeds meer marktaandeel wint in Frankrijk.

De kracht van de drie merken is hun betaalbare luxe, dat volgens Reuters evenveel vraag geniet als fast fashion ketens zoals Zara en H&M, en meer dan het luxesegment. Zo kosten jurken van de merken tussen de 150 en 250 euro en lopen de collecties wat de trends betreft gelijk aan de grote modeketens.

De groep heeft ook zijn online activiteiten met succes uitgebreid. Deze vertegenwoordigen nu 10 procent van de totaalomzet, vergeleken met 6 procent vorig jaar.

Hoewel SMCP zijn winstcijfers niet publiceert, zei Lalonde dat EBIITDA in de eerste helft meer was gegroeid dan de omzetstijging van 19,2 procent.

SMCP zet uitbreiding door

Ondanks de verkoop van zijn meerderheidsaandeel door KKR aan het Chinese Shandong Ruyi voor 1,3 miljard euro eerder dit jaar, zet SMCP zijn internationale uitbreiding door. Het bedrijf wil vooral in China uitbreiden, met een geplande dertig winkelopeningen per jaar.

Shandong Ruyi wordt eigenaar van 80 procent van de modegroep, terwijl KKR een aandeel van 10 procent houdt. De overige10 procent blijft in handen van oprichters Evelyne, Ylan Chetrite en Judith Milgrom en de directie.

Hoewel de strategie volgens Lalonde niet verandert met de wissel van de wacht, is de geplande beursgang voorlopig van de baan.

Foto: Maje.com

Marc Jacobs heeft een exclusieve distributieovereenkomst getekend met FJ Benjamin in Singapore voor distributie van het merk in de locale markt en in andere Aziatische markten.

FJ Benjamin zal een reeks Marc Jacobs winkels openen in Maleisië en Indonesië, waarvan vier winkelopeningen binnen de komende twee jaar gepland staan. De boetieks zullen het complete dames ready-to-wear assortiment bieden, alsmede schoenen, accessoires en sieraden. Winkels voor mannen zullen in een later stadium volgen.

”Wij zijn verheugd Marc Jacobs te mogen vertegenwoordigen, een van de meest gewilde en verassende modemerken ter wereld,” zei FJ Benjamin COO Douglas Benjamin. “We verwelkomen het merk in ons portfolio en kijken uit naar diens succes in de markten waar wij actief zijn.”

FJ Benjamin rekent merken als Banana Republic en Guess al tot zijn portfolio.

In mei rapporteerde het bedrijf een nettoverlies van 6,99 miljoen Singapore dollar (4,60 miljoen euro) voor het derde kwartaal, ten opzichte van een verlies van 4,87 miljoen Singapore dollar een jaar geleden. De omzet daalde met maar liefst 23 procent naar 69,7 miljoen dollar.

Berluti vaart een andere koers met de benoeming van Haider Ackermann als de nieuwe creatief directeur van het luxe mannenmode merk. Hij volgt Alessandro Sartori op en zijn eerste collectie staat gepland voor herfst 2017.

Van oorsprong was Berluti, sinds 1993 onderdeel van luxeconcern LVMH, een conservatief, traditioneel schoenenmerk met een klein assortiment maatwerk. Schoenen vertegenwoordigen nog steeds ongeveer de helft van de activiteiten. Ackermann staat echter bekend om zijn relaxte, hippe sweatshirts en hoodies, geliefd onder celebrities als Kanye West.

”We zijn geen kleermakers merk,” zei Antoine Arnault, CEO van Berluti, in een persverklaring. “Als je onze winkels bezoekt hebben we inderdaad ook luxueus maatwerk, maar we zijn een luxe mannenmode merk waar kleermakers werk en informele mode elkaar kruisen. En de combinatie van de twee is wat het interessant maakt.”

Alles draait om informele mannenmode

In een interview met WWD gaf Arnault toe dat informele mannenmode de overhand krijgt. “In alle categorieën – zij het T-shirts of truien – draait het om informeel in plaats van maatwerk.” Ackermann past goed in dit plaatje en volgens Arnault was er een onmiddellijke klik tussen de twee toen zij elkaar voor het eerst vóór de zomer ontmoetten.

”We waren het snel eens over de visie,” aldus Arnault. “Hij wist veel over Berluti, had veel kennis van de markt, en had veel respect voor onze savoir faire. Zijn idee van luxe kwam overeen met die van ons.”

Ackermann, die opgroeide in landen als Chad, Ethiopië, Algerije, Nederland en België, heeft een eclectische, mondaine stijl, maar volgens Arnault is hij lang niet zo radicaal als hij lijkt. Angst voor vervreemding van bestaande klanten van Berluti heeft hij dus niet.

Ackermann blijft tevens werken aan zijn eigen modemerk, dat hij in 2003 lanceerde en inmiddels grote namen als Tilda Swinton tot zijn fans rekent. In 2013 showde hij voor het eerst in Parijs.

Als onderdeel van LVMH publiceert Berluti geen aparte cijfers, maar volgens Arnault gaat het goed met het merk, met een omzetgroei hoog in de dubbele cijfers. Inmiddels telt het label wereldwijd 45 boetieks en 20 groothandelsklanten.

foto: Haider Ackermann/Facebook

Op een prachtige locatie in het rustige Muiden vlakbij Amsterdam geniet
een aantal zakenmensen en modeprofessionals van de zon die op de laatste
officiële zomeravond volop schijnt. Ze zijn bijeengekomen voor het Secret
Event van We Fashion, dat wordt georganiseerd in een voormalige
kruitfabriek aan de rand van de historische vestingstad. Tijdens het
evenement kondigt We Fashion een nieuwe samenwerking met RTL en Endemol
Shine aan, in lijn met de nieuwe strategie van het internationale
modebedrijf.

”In het nieuws hoor je tegenwoordig veel over de
turbulente retailomgeving. Vaak wordt dan gezegd dat vooral bedrijven in
het middensegment het moeilijk hebben. Maar wij vinden het heerlijk in het
middensegment,” begint Joris Aperghis, CEO van We Fashion, zijn
openingsspeech. “Dat is niet per se omdat we daarin zitten, maar omdat we
een manier hebben gevonden om een connectie te maken met en relevantie te
bieden voor onze doelgroep, door te investeren in de omnichannel-gedachte
en continu te blijven verrassen.” Dat laatste doet We Fashion met de
samenwerking met RTL en Endemol Shine, waarover volgende maand meer bekend
wordt.

We Fashion gaat samenwerking aan met RTL en Endemol
Shine

“Na de succesvolle samenwerking met Doutzen Kroes en Dance4life vorig jaar, hebben
we nu weer een spraakmakende activiteit voor dit najaar op stapel staan, in
samenwerking met onze partners RTL en Endemol Shine,” aldus Aperghis. Het
is niet de eerste samenwerking tussen We Fashion en RTL. Eerder werkten de
partijen al samen voor het programma The Voice Kids, wat volgens het
modebedrijf bijdroeg aan een omzetstijging van 16 procent van We Kids in de
eerste zes maanden van dit jaar.

Omzetgroei van 10 procent voor We
Fashion in eerste halfjaar 2016

Reden voor de samenwerking zijn
onder andere de goede resultaten van de afgelopen periode. Naast de 16
procent omzetstijging van het kinderkledingsegment van We Fashion, groeide
de omzet van de heren- en damescollecties, zowel fysiek als online, in
Nederland met 10 procent in de eerste helft van dit jaar. “Dat geeft ons
uiteindelijk het zelfvertrouwen om door te gaan met investeren in het merk,
waarvan deze nieuwe samenwerking ook onderdeel is,” legt Aperghis uit. “Met
de positieve verkoopontwikkelingen, gecombineerd met de verbeterde interne
processen én externe kansen, zijn we bij We optimistisch over de
toekomst.”

In lijn met de stijgende online omzet kondigde We Fashion
vorig jaar een geheel nieuwe omnichannel-strategie aan. Om de ambitie een
modern modemerk met fysieke en digitale verkoopkanalen te worden, paste het
modebedrijf onder andere de interne organisatie aan. Ook werd 15 miljoen
euro uitgetrokken voor investeringen in onder andere winkelbeleving,
digitale innovatie en het verjongen en aanscherpen van de heren- en
damescollecties.

We Fashion opent hernieuwde winkel in
Enschede

Naast een flagshipstore in het winkelcentrum Centro in
Oberhausen, opent We Fashion vandaag de hernieuwde winkel aan het Hendrik
Jan van Heekplein in Enschede, waar die nieuwe winkelbeleving ervaren kan
worden. De vestiging kenmerkt zich door een nieuw interieur dat is
opgedeeld in verschillende zones. Zo is er speciaal voor de denimcollecties
de zogenaamde ‘Blue Ridge zone’, die wordt gekenmerkt door blauwe wanden en
geraffineerd wandmeubilair. Ook is er een andere indeling voor de
herenpakken- en damesmodeafdeling.

Vorig jaar maakte We Fashion al
bekend een nieuw winkelconcept te hebben ontwikkeld, in
lijn met de eerder aangekondigde omnichannel-strategie. Zo zijn winkels
voorzien van tablets en zijn ze ingericht om klanten inspiratie te bieden.
De vestiging in Amersfoort was de eerste die volgens de
omnichannel-gedachte is ingericht.

We Fashion heeft in totaal 230
winkels in Nederland, België, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk
en Zwitserland. Het hoofdkantoor van het internationale bedrijf is
gevestigd in Utrecht, andere lokale kantoren zijn te vinden in België,
Duitsland en Zwitserland. Daar en in de winkels heeft We Fashion zo’n 2.500
medewerkers in dienst.

Op 13 oktober 2016 maakt We Fashion meer
bekend over de nieuwe samenwerking met RTL en Endemol Shine.

Beeld: FashionUnited, We Fashion Facebook

Elk jaar studeren er ruim honderd modestudenten af aan de
verschillende modeopleidingen in Nederland. Klaar om de modewereld te
bestormen. De kersverse ontwerpers volgen allemaal een andere weg: de
één begint een eigen label, de ander wordt ingelijfd bij een groot
modebedrijf. Wat houdt de jonge generatie bezig, pak ‘m beet vijf jaar
na hun afstuderen? Welke zaken gingen hen voor de wind, en waar hebben
ze voor moeten knokken? Vijf modeontwerpers vertellen. In de vijfde en
laatste aflevering: Robbert Wefers Bettink (31), in 2009 afgestudeerd
aan het Amsterdam Fashion Institute (Amfi) en in 2014 startte hij
samen met Tim Holland het duurzame zonnebrillenmerk Dick Moby.

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen die je hebt doorgemaakt
sinds je afstuderen?

“Ik studeerde af middenin in de economische crisis. Banen lagen
niet voor het oprapen. Samen met Cissy Noordeloos ben ik toen een
eigen modelabel gestart, Studio Sober. Daar heb ik veel van geleerd.
Ondanks dat we een gouden start hadden met na drie seizoenen al tien
verkooppunten, stagneerde het. Dankzij Studio Sober heb ik ervaren hoe
je een bedrijf moet runnen, maar niet hoe je groei genereert. Na drie
jaar hebben we de stekker eruit getrokken. Een van mijn vrienden, Tim,
liep toen al met het idee rond om iets te gaan doen met plastic uit de
oceaan. Zelf heb ik een tijdje in kledingwinkels en de horeca gewerkt,
op zoek naar een baan in de mode. Maar ik was nogal specifiek in mijn
keuze: de bedrijven waar ik graag voor wilde werken hadden geen
vacatures en de jobs waar ik wel voor kon solliciteren spraken me niet
aan. Ik wil iets moois creëren waar ik trots op kan zijn.”

Dat werd Dick Moby.

“Ja, we maken duurzame brillen van kunststof en gebruiken alleen
afbreekbaar of gerecycled plastic. Zo willen we op een positieve
manier het plasticprobleem belichten. We noemen dat ‘the sunny side of
plastic’.”

Hoe relevant is datgene wat je tijdens je studie hebt geleerd nu
in de praktijk?

“Amfi is een vrij commerciële opleiding: enerzijds krijg je de
juiste handvatten aangereikt om te collectioneren, anderzijds word je
gestimuleerd om na te nadenken over de vraag waarom je iets mooi of
lelijk vindt. Hierdoor ontwikkel je een eigen visie en signatuur.
Dankzij Individuals (het modelabel van de academie, red.) heb ik veel
geleerd over de communicatie met fabrikanten, van technische
tekeningen en patronen tot het jargon. In de praktijk heb je anderen
nodig om je ontwerpen te realiseren, dus moet je hen ervan zien te
overtuigen dat jouw ideeën goed zijn.”

Sluit de artistieke insteek van kunstopleidingen voldoende aan bij
de commerciële wereld waar je na de studie in belandt?

“Zeker. Op de academie leer je buiten de gebaande paden denken. Als
je iets vernieuwends wil maken, is het noodzakelijk dat je je niet
laat leiden door wat er van je wordt verwacht. Daarom is het goed dat
je zo vrij wordt opgeleid. Waar jonge mensen zich wel eens in
vergissen is dat ze na hun afstuderen nog echt junior zijn. De vraag
is of dit erg is, want na de studie is er nog genoeg tijd om
praktijkervaring op te doen.”

Om een eigen modelabel van de grond te krijgen moet je een lange
adem hebben: eerst zaaien, dan oogsten. Hoe was dit voor jou?

“Als je een nieuw marktsegment aanboort kan het snel gaan. Een
bestaande markt veroveren met een bestaand product dat zich enkel
onderscheidt door een eigen handschrift, is bijzonder lastig. De
concurrentie is groot, je moet opboksen tegen anderen die misschien
even getalenteerd zijn maar meer kapitaal of een groter bereik hebben.
Wij hebben goed nagedacht hoe we ons product in de markt wilden
zetten. Doordat we op een duurzame manier brillen wilden maken
creëerden we ons eigen marktsegment. Omdat er nauwelijks concurrenten
waren die dat ook deden, kregen we veel bereik waardoor we snel konden
groeien. Maar zoals bij alles gaan de kosten voor de baten uit, bij
ons dus ook.”

Waar heb je voor moeten knokken?

“Voor zo ongeveer alles wat we nu hebben bereikt. We werken
gemiddeld tien uur per dag, de weekenden niet meegerekend. We zijn
voortdurend bezig met het oplossen van problemen en uitdagingen,
variërend van producttechnische zaken tot de vraag hoe we een bepaald
continent kunnen bereiken. Eigenlijk is het de hele tijd knokken. Dat
is natuurlijk helemaal niet erg als je een eigen merk hebt, zolang het
maar steeds beter gaat. En dan bedoel ik niet alleen op financieel
vlak. Het werkt motiverend om telkens een nieuw doel te stellen dat je
wilt behalen.”

Wat ging er in de afgelopen vijf jaar beter dan verwacht?

“Dick Moby! Geschrokken van het moeizame verloop van mijn vorige
modelabel, nam ik me voor om nooit meer te gaan ondernemen. Tim
overtuigde me en liet zien hoe het anders kan. Vanaf het begin waren
we zeer realistisch: als we ervan wilden leven, moesten we binnen een
jaar zestig verkooppunten hebben. Actief zijn we andere mensen erbij
gaan betrekken. Alles draait om het juiste evenwicht tussen enerzijds
het maken van een mooi creatief product en anderzijds de vraag hoe je
dat product kan verkopen. Nieuw voor mij was het finetunen van elk
detail, van het kleinste scharniertje tot aan de verpakking.”

Heb je grote investeringen gedaan voor het bedrijf?

“Ja, behoorlijk veel. De weg naar succes gaat geleidelijk. Dankzij
crowdfunding konden wij onze eerste collectie produceren. Loon keerden
we onszelf in dat eerste jaar nog niet uit. Om de huur te betalen
werkte ik bij Filippa K in de P.C. Hooftstraat en in de horeca. Toen
we de voorraad moesten aanvullen, hadden we opnieuw geld nodig.
Voorfinancieren blijft noodzakelijk en dus hebben we leningen
afgesloten, bijvoorbeeld voor het huren van een externe opslag en om
de eerste werknemers aan te nemen. Het bedrijf bestaat intussen uit
acht medewerkers, onder wie drie partners en iemand die zich fulltime
bezighoudt met duurzame materialenontwikkeling. We werken daarnaast
veel met stagiairs.”

Hoe zorg je voor naamsbekendheid?

“Duurzaamheid is een hot topic. Dick Moby is voortgekomen vanuit
het probleem: de plasticsoep in de oceaan. Vanaf het begin hebben we
hierdoor veel positieve aandacht gekregen. Aan reclame hebben we nooit
gedaan en zijn we ook niet van plan. Wel hebben we geïnvesteerd in een
persbureau om het verhaal naar buiten te brengen. Eén van de eerste
winkels die ons oppikte was Colette in Parijs, dat gaf een flinke
boost aan de bekendheid. Tegelijkertijd wordt Dick Moby verkocht bij
optiekzaken naast gerenommeerde brillenmerken. Het is een combinatie
van factoren, maar ook een kwestie van: hoe actiever je bent, hoe meer
naamsbekendheid je genereert.”

Is het merk ook een commercieel succes?

“We zijn harstikke blij met waar we nu staan, met ruim 250 winkels
wereldwijd. Vrijwel overal zijn wij nog wel een klein merk, we
behoren nog niet tot de basiscollectie. Toch hadden we hier nooit van
durven dromen. In tweeënhalf jaar tijd is Dick Moby uitgegroeid tot
een volwassen bedrijf met gezonde omzet. Nu nog omzetten naar winst,
maar dat komt goed. Door de juiste mensen om ons heen te verzamelen,
die op hun beurt weer over een goed netwerk beschikken, gaat het elke
dag vooruit.”

Hoe ziet de gemiddelde werkweek eruit?

“Gemiddeld werken we vijf dagen van negen uur ‘s morgens tot zes,
afhankelijk van het weer. Per dag plan ik een thema in: bijvoorbeeld
maandag bedrijfsvoering, dinsdag productie, woensdag sales. Zonder die
planning kom ik er op vrijdagmiddag achter dat ik de helft van wat ik
wilde doen niet heb kunnen doen omdat ik word geleefd door email en
telefoon. Wanneer je je richt op datgene wat écht belangrijk is, doe
je uiteindelijk veel meer!”

Neem jij je werk mee naar huis? Of zet je die knop makkelijk om?

“Ik kan goed omschakelen, maar met een eigen onderneming ben je
altijd aan het werk. Als er ’s avonds een mailtje binnenkomt vanuit
een andere tijdszone omdat er ergens een probleem is, dan moet daar
natuurlijk iets mee gebeuren. Af en toe ontploft er zo’n bommetje. Dat
betekent uiteraard niet dat ik niet kan genieten. Een eigen bedrijf is
je kindje en ook al probeer ik zo min mogelijk over te werken of het
werk mee te nemen naar huis, soms ontkom je er simpelweg niet
aan.”

Hoe ziet jouw moodboard voor de volgende collectie eruit?

“De nieuwste collectie is net afgerond. Over twee à drie maanden
starten we met de volgende. Een moodboard is er dus nog niet. Wel lees
ik het hele jaar door veel tijdschriften en online blogs, want ik vind
het relevant om te weten wat er speelt in de designwereld.
Uiteindelijk resulteert dit in een muur vol inspiratiebeelden en
digitale moodboards.”

Op naar de volgende vijf jaar! Wat brengt de toekomst en wat is je
grootste droom?

“Onze droom is om wereldwijd hét duurzame brillenmerk te worden. Ik
hoop dat straks iedereen – van Brazilië tot Japan – bij de aanschaf
van een bril nadenkt of deze op een goede, eerlijke manier is
geproduceerd. Hopelijk slagen we er ook in om zelf een nieuw materiaal
te ontwikkelen. Een eigen Dick Moby recycle- of bioplastic, hoe cool
is dat?”

Door: Natasja Admiraal

Foto 2: Studio Sober: Meinke Klein, Barrie Hullegie & Sabrina Bongiovanni


FashionUnited focust op het thema werken in de mode. Voor alle Work in
fashion reads, klik hier.

De kwakkelende Britse warenhuisketen Marks & Spencer is van plan zijn internationale uitbreiding stop te zetten en een aantal buitenlandse deuren te sluiten in een poging de winstdaling tegen te gaan.

CEO Steve Rowe zal in november de maatregelen uiteenzetten die een herstel tot gevolg moeten hebben. Eerder dit jaar noemde het bestuur al de mogelijke stuiting van het filiaal aan de Champs-Elysées in Parijs.

Na zijn aantreden dit voorjaar besloot Rowe direct de opening van een conceptstore in Amsterdam van de baan te schuiven. Ingewijden rekenen op de sluiting van buitenlandse filialen die grote operationele verliezen lijden.

Vlak na zijn aantreden introduceerde Rowe een nieuwe strategie om de mode- en meubelcategorieën nieuw leven in te blazen. Zo zouden de collecties verbeterd worden en de prijzen verlaagd in een poging klanten aan te trekken.

Deze maatregelen moeten echter nog hun vruchten afwerpen. Volgens Britse banken en effectenmakelaars zou de winst van Marks & Spencer dit jaar met 12 procent kunnen dalen naar 600 miljoen pond (698 miljoen euro).

Doutzen Kroes volgt Sylvie Meis op als merkambassadeur van Hunkemöller.
Naast het poseren in de lingeriesetjes zal zij ook achter de tekentafel
kruipen en de collecties zelf ontwerpen. Dat maakte CEO Philip Mountford
tijdens de internationale perspresentatie in Berlijn bekend.

De speciale collecties van Doutzen Kroes gaan ‘Doutzen Stories’
heten en iedere collectie zal een bepaalde kant van Kroes belichten. Dit
kan in zowel lingerie-, sport- als zwemkleding zijn.

De eerste Doutzen Kroes-collectie is vanaf 31 oktober in de winkels
verkrijgbaar, maar de exclusieve pre sale start al op 27 oktober. Prijzen
variëren van 14,99 euro tot 44,99 euro.

FashionUnited
was aanwezig bij de internationale presentatie in Berlijn en sprak ook met
CEO Philip Mountford. Lees het morgen.

Beeld: Hunkemöller, FashionUnited