De paspoppen van Topshop waren ‘belachelijk mager’ en de
campagne van Yves Saint Laurent met het Nederlandse model Kiki Willems werd
verboden door de Britse reclamecommissie, omdat ze ‘ongezond dun’ zou zijn.
Tegelijkertijd lijkt plussize mode bejubeld te worden. Fatkini is de
nieuwste Instagram hashtagtrend,Tess Holliday neemt met haar 1,65 meter en
maat 52 het internet over en zelfs fitnessblad Women’s Running Magazine
zette een vrouw met een flinke boezem, stevige bovenarmen en niet bepaald
een slanke taille op de cover. Maar is het eigenlijk slim om in je lookbook
of op je webshop vollere modellen te gebruiken en de slanke etalagefiguren
in het magazijn te laten?

1. Nee, het kan aanzetten tot obesitas
Tenminste, als we modellen even mogen vergelijken met cartoons. Dikke
stripfiguren kunnen er toe aanzetten om meer junkfood te eten, zo blijkt
uit nieuw onderzoek. Het gaat dan vooral om kinderen. Getekende poppetjes –
of het nu in een boek, film, tv-serie, videospel of graphic novel is –
beïnvloedden het eetgedrag van kinderen aanzienlijk. In het onderzoek aten
kinderen die eerst naar dikke cartoons keken meer dan twee keer zoveel
snoep als de kinderen die naar een slank figuur hadden gekeken. Dat zou er
op kunnen wijzen dat we meer eten als we meer voluptueuze mensen zien. Al
is niet onderzocht of volwassenen ook zo makkelijk te beïnvloeden zijn en
een extra handje uit de snoeppot graaien.


2. Mwah, ‘gemiddelde’ modellen scoren het beste
In mei dit jaar bleek uit onderzoek van de Universiteit van Kent dat het
gebruik van size zero modellen niet de meest effectieve strategie is. Voor
de studie werd vrouwen in de leeftijd van 18 tot en met 45 jaar gevraagd
wat voor modellen ze het liefst zien in campagnes. Daaruit bleek dat het de
dames niet uit maakt of bekende modemerken modellen met een gemiddelde maat
inzetten of size zero modellen. Voor nieuwe labels hebben ze wel een
voorkeur: de gemiddelde vrouw wint.


3. Nee, dunne modellen verkopen meer kleren
Als je het consumenten vraagt, kiezen ze inderdaad voor modellen die niet
te iel zijn. Maar als je kijkt wat vrouwen echt doen tijdens het shoppen,
blijkt wat anders. Time Magazine schreef vorig jaar zomer over een ‘studie’
van een online plussize retailer die het winkelend publiek testte door
dezelfde mode-items te showen op modellen met maat 8 (36) en met maat 14
(42). Wat blijkt: maat 8 genereerde structureel meer omzet dat maat 14.


4. Ja, vrouwen vinden het sympathiek
Hoewel vrouwen meer kleding kopen als het model er slank uit ziet, roept
het wel sympathie op om te kiezen voor een voller model. Dan hebben we het
dus over marketing en imago. De hoofdredacteur van het Nederlandse
tijdschrift Libelle bekende vorig jaar om die reden af en toe ‘wat spek’
aan de modellen in het tijdschrift te photoshoppen. Campagnes met volslanke
vrouwen vallen bovendien goed in de smaak bij de pers, waardoor je merk
free publicity krijgt. Pas wel op met de term plussize. Als je een slanke
vrouw die iets steviger is dan een gebruikelijk model, plussize noemt,
zullen consumenten eerder steigeren dan juichen.

Eindeloos ronddolen in het World Fashion Centre is er binnenkort niet
meer bij. Het inkoopcentrum lanceert namelijk een app waarmee bezoekers
moeiteloos naar de door hen gewenste locatie worden genavigeerd.

In de app zijn alle huurders en facilit…

OPINIEOver de vloek van de
modekalender hebben we het al vaker gehad, maar een recent artikel van
moderedacteur Alexander Fury in de Evening Standard laat maar weer eens
zien met wat voor dilemma we elk seizoen weer te maken krijgen: op vakantie
gaan of een Prada-jas kopen?

Hoewel het artikel grappig is geschreven, staat Fury in deze kwestie
niet alleen: de modesector slokt al onze tijd op, het hele jaar door. Fury
heeft naar eigen zeggen “sinds 1995 niet meer in de zee gezwommen en sinds
2001 geen kleurtje meer gehad”, en hij wijst op de hang naar ‘workaholisme’
die in de branche nogal eens voorkomt. Vervolgens vraagt hij zich af of het
niet beter is om gewoon een Prada-jas te kopen, iets wat qua kosten op
hetzelfde neerkomt als een week op vakantie gaan.

Als modejournalist of modecriticus ben je met een beetje goede wil een
derde van het jaar onderweg. Er zijn confectieshows voor dames- en
herenkleding, er is de haute couture, er zijn pre-collecties, en dan zijn
er ook nog speciale gelegenheden. Bij elkaar ga je dan zo’n vier keer per
jaar naar New York, zes keer naar Parijs, zes keer naar Milaan, een keer
naar Rome, af en toe naar Shanghai, naar Tokio en voor de zekerheid nog een
keer naar een plek in de Emiraten. En als je voor B2B werkt, kun je ook nog
naar shows in Berlijn, Kopenhagen, Hong Kong en Las Vegas.

De kalender is meedogenloos voor ontwerpers én journalisten

Voor ontwerpers en operationeel medewerkers is de kalender al net zo
meedogenloos. Italianen kunnen de hele maand augustus op het strand gaan
zitten en aan hun kleurtje werken, maar wie in Londen werkt heeft het
gewoon de hele maand druk. Aangezien de modeweken al beginnen in de eerste
week van september, moeten in augustus de voorbeeldcollecties worden
klaargestoomd, moet het persmateriaal worden ontwikkeld en moeten de
laatste salestools worden afgemaakt. Niemand wil een modeweek beginnen
zonder foto’s voor het lookbook, of niet in staat zijn om te vertellen wat
de inkoopprijs van die jurk uit look 5 is.

En hoewel sommige ontwerpers maar twee collecties per jaar maken, wordt
er in de zes maanden daartussenin flink wat afgereisd om iets op de catwalk
te krijgen. Weekendjes weg en vakanties zijn voor de meesten niet aan de
orde. Er zijn immers altijd fabrieksbezoeken op het laatste moment,
afspraken met vertegenwoordigers in het buitenland of stoffenshows die
bezocht moeten worden.

Wie heeft er met die bomvolle internationale modekalender nog tijd om er
even tussenuit te gaan? En de treurige waarheid: al die deadlines als je
weer terugkomt dragen ook niet echt bij aan een ontspannen vakantie. Fury
heeft gelijk: die Prada-jas is waarschijnlijk een veel betere
investering.

Zelf sjouwde Floor van de Water altijd veel te veel spullen mee in haar
tas. Toen ze weer eens een pijnlijke schouder had, vroeg ze zich af: wat
heb ik nou echt nodig? Haar portemonnee en telefoon bleken de twee
belangrijkste dingen. Daarom creëerde ze de Smart Little Bag, ook wel SLB
genoemd: een portemonnee met een vakje voor je telefoon en, als extra’tje, een
spiegel. “Ik wist meteen het een goed idee was.”

Ze wilde voor zichzelf beginnen, in 2010, en dacht eerst aan een eenmans
reclamebureau. Maar eigenlijk wilde ze het liefst mooie dingen maken, dus
nee, dat reclamebureau daar zou ze geen voldoening uit halen. Hoewel het
idee voor de SLB toevallig werd geboren, voelde Van de Water wel meteen dat
ze iets groots te pakken had. Daarom liet ze de portemonnee annex clutch
direct als model registreren. Achteraf bleek dat een slimme zet. In
verschillende rechtszaken moest ze aantonen dat haar ontwerp origineel was.
“Dat waren wel pittige tijden,” zegt de onderneemster.

Vanwege haar ambities besloot ze haar merk niet naar zichzelf te noemen,
want Floor van de Water, dat klinkt niet echt internationaal. “‘By’ is
natuurlijk Engels en ‘Loulou’ flirt met Parijs uit de jaren dertig tot
vijftig. Ook de tijd dat Chanel groot werd en dat het gebruikelijker begon
te worden dat vrouwen een eigen bedrijf hadden.”

Het succes kwam snel. Eind 2010 moesten de eerste SLB’s de winkels in,
maar het hele proces liep vertraging op, waardoor de tassen pas op 23
december werden uitgeleverd aan de vijftig verkooppunten. “Veel te laat
natuurlijk voor het gift moment,” zegt de onderneemster. Maar,
binnen no time waren de tassen uitverkocht. Een jaar later had By
Loulou tweehonderd verkooppunten. En nu, 4,5 jaar na de oprichting, staat
de teller op zeshonderd winkels die het merk verkopen, in elf landen
waaronder België, Zweden, Duitsland.

En het merk is inmiddels heel wat meer dan de SLB alleen. Sterker
nog, het bedrijf lanceert vier collecties tassen per jaar. “Ik ben nu de
zomercollectie voor volgend jaar aan het afronden en heb al nieuwe ideeën
voor de herfst- en wintercollectie voor 2016. Nieuw is een luiertas. Die
gebruik ik zelf ook vaak, want ik heb net een tweede kleintje. We werken
ook aan een exclusievere lijn, met andere leersoorten.”

“Onze producten zijn handig, betaalbaar en eerlijk,” verklaart Van de Water
het succes. “In het AD stond een keer een foto van Maximá met een Smart
Little Bag. Super tof. Een wens is dat mensen die alles kunnen kopen óók
voor By Loulou kiezen. Dat betekent dat de kwaliteit echt goed is. We zijn
ook betaalbaar. Je buurvrouw kan een tas aanschaffen zonder dat het een rib
uit haar lijf kost.”

By Loulou: in 4,5 jaar 600 verkooppunten in binnen en buitenland

Oké, in het begin ging het misschien niet altijd van een leien dakje. Van
de Water had vaak mensen in haar omgeving die zeiden: ‘Zou je dat nou wel
doen?’ En op netwerkborrels werd ze, na haar mini pitch gelijk als ‘niet
interessant’ bestempeld. “Ja op business borrels kijken mensen je
toch raar aan als je zegt dat je een tassenmerk hebt. Terwijl ik inmiddels
een kantoor heb van 300 vierkante meter, waar negen mensen werkzaam zijn,
ik heb twee ateliers in India en zeshonderd verkooppunten in binnen en
buitenland. Ik ben maar gewoon gestopt naar dit soort borrels te gaan.”

Denkt ze nooit eens aan eigen winkels? “O jawel, met die gedachte speel ik
wel in mijn hoofd. Maar we moeten ook niet te hard groeien en ik wil zeker
niet dat de kwaliteit van de tassen minder wordt. We hebben ook bewust geen
eigen webshop. Ik ben retailers die By Loulou verkopen heel dankbaar en de
doorverkoop is goed. Ik wil altijd uitbreiden, maar nooit ten koste van wat
er nu staat.”

Peta, People for the Ethical Treatment of Animals heeft daad
bij het woord gevoegd; de organisatie is aandeelhouder geworden van
modehuis Hermès. Het is een nieuwe stap in de strijd om een verbod van
accessoires die gemaakt worden van exotische dierenhuiden.

De dierenrechtenorganisatie heeft een enkel aandeel gekocht, om op deze
manier toegang te krijgen tot de aandeelhoudersvergaderingen. “Als
aandeelhouder zal Peta US van binnenuit werken om een permanent verbod te
eisen op de accessoires die gemaakt zijn van exotische dierenhuiden,
waaronder krokodilhuid-tassen en alligatorhuid-horlogebanden,” laat Peta
UK-directeur Mimi Bekhechi weten. Hermès heeft nog niet gereageerd op het
nieuws.

Eerder publiceerde de dierenrechtenorganisatie een filmpje over de
slechte omstandigheden op krokodillenboerderijen en looierijen, waar Hermès
mee verbonden zou zijn. De reportage toont horrorbeelden, waarin dieren
wreed mishandeld worden en waar regels volgens de wet geschonden worden,
zowel in Zimbabwe als Texas. Hermès ontkent echter dat de boerderij van hen
is en zegt ook niet samen te werken met de boerderij voor de Birkin-tassen.

Onlangs liet actrice Jane Birkin nog weten dat ze niet meer blij was met
de Hermès Birkin Bag die naar haar vernoemd is, omdat deze gemaakt is van
krokodillenleer. Ze wil dan ook niet langer dat de tas haar naam draagt.
Het is nog onduidelijk of het modehuis gehoor gaat geven aan haar verzoek.

Langzaam maar zeker wordt er meer bekend over de samenwerking tussen de Japanse modeketen Uniqlo en ontwerper Christophe Lemaire. De
collectie moet begin oktober in de winkels liggen, maar de precieze datum is nog
niet duidelijk.

De collectie za…

Sportmerk Quiksilver heeft een herstructurering adviseur in de arm
genomen om een turn around te financieren. Peter J. Solomon Co is
aangesteld om het noodlijdende bedrijf weer recht te trekken.

Quiksilver onderzoekt momenteel de mogelijkhede…

Het Britse merk All Saints breidt uit met een tassenlijn. In de herfst
lanceert het stoere merk de zogeheten ‘Capital Collection’; een
lijn van 48 items die geïnspireerd zijn op het biker jasje. Dat meldt WWD.

“De lancering van een volledig tassenlijn voor dames geeft ons de
perfecte gelegenheid om onze liefde en expertise voor leer naar een hoger
en vrouwelijk omgeving te brengen,” zegt Will Baker, creatief directeur van
het merk.

De collectie zal uit verschillende stijlen bestaan, waaronder
totes, satchels, hobos, clutches, cross-body
tassen, bowling bags en schoudertassen. De ontwerpen zijn
onderverdeeld in vier groepen die vernoemd zijn naar de straten rond de All
Saints-studio: Paradis (minimalistisch), Fleur de Lis (met ritsdetails),
Darling (in zwart leer) en Club (voor zowel overdag als ’s avonds). De
prijzen variëren van 135 euro tot 390 euro.

De collectie is al verkrijgbaar via de webshop en zal vanaf september
ook in de winkels verkrijgbaar zijn.